Boterbloem

Een grasveld vol met deze vrolijke gele bloemen is een lust voor het oog. De bloem van de boterbloem heeft vijf gele kroonblaadjes die zó mooi glanzen dat ze wel van plastic lijken. Maar nee, deze vrolijke bijenvriend is een échte plant.

boterbloem-informatie-fleurop

De boterbloem komt veel voor in bermen en weilanden. Je komt hier alles over deze plant te weten:

Naamgeving

De boterbloem hoort, samen met de ranonkels (zoals de Ranunculus asiaticus) tot het geslacht Ranunculus, een geslacht met maar liefst 250 tot 600 soorten, met vrijwel altijd als overeenkomst de gele bloemen.

Giftige plant

Het is haast niet voor te stellen als je die warme en heldere gele kleur ziet, maar boterbloemen, en alle leden van het geslacht Ranunculus, zijn giftig. Bovendien kunnen de sappen van met name de kruipende boterbloem zelfs de gave huid irriteren en blaren geven. Gelukkig zit er een onprettige geur aan de bloemen, waardoor koeien en paarden ze met alle liefde laten staan. Bij het drogen worden de giftige stoffen grotendeels afgebroken. In het hooi kan het dus geen kwaad meer.

Bezorg een goed gevoel!

Maak vandaag onvergetelijk met de mooiste verse seizoensboeketten van Fleurop

e2a4b7bb753063e3b291f556aad4a62c507f508d
f0c4d0725273bc4b09bfe3d4952feb2bb184a2a2

Verschillende soorten

Er komen in Nederland vier algemene soorten voor; de scherpe, kruipende, behaarde en grote boterbloem.

Scherpe boterbloem - Ranunculus acris


De scherpe soort is een algemeen voorkomende wilde plant. Je vindt hem met name in graslanden en langs bermen. Het is een meerjarige plant die tot een meter hoog kan worden, en hij bloeit van april tot in de herfst. Hij heeft driedelige, gekartelde bladeren en een gladde bloemsteel.

Kruipende boterbloem - Ranunculus repens


Ook de kruipende soort komt algemeen voor in Nederland. Beide varianten stellen dan ook geen hoge eisen aan hun grond. De kruipende bloem wordt tot 50 cm hoog en bloeit van april tot juli. Soms worden de scherpe en de kruipende soort met elkaar verward. Als je zeker wil weten welke van de twee je ziet, dan kun je het aan de bloemsteel zien. Die van de kruipende boterbloem is altijd gegroefd of geribbeld, terwijl die van de scherpe bloem glad is.

Behaarde boterbloem – Ranunculus sardous Crantz


Grote boterbloem - Ranunculus lingua


 

Eigenschappen en kenmerken

De boterbloem is een vreemde plant. Er is geen enkel nut of geneeskrachtige werking bekend van deze plant. Als voedselbron draagt hij niets bij, en zelfs als waardplant is hij niet volledig nuttig.

Hij is licht giftig en weet daardoor te voorkomen dat hij wordt opgevreten door het vee. Ook insecten vreten de plant zelden aan. Het meest giftige deel van de boterbloem bevindt zich echter onder de grond, in de wortels. En daaruit blijkt het vernuft van de natuur; de bloem weet zich daarmee te verzekeren van genoeg ruimte om zich heen. De stof die de wortels uitscheiden remt de groei van andere planten.

De bloem zelf wordt daarentegen veel bezocht door bijen, vlinders en hommels. Het is een echte waardplant voor ze. Maar, als bijen zich volledig richten op een eenzijdig dieet van boterbloemen, treedt het beschermingsmechanisme alsnog in werking. Het broed van die bijen zal sterven.

Voortplanting van de boterbloem

Er is tussen de uiterlijk zo op elkaar lijkende kruipende- en scherpe boterbloem een groot verschil in hoe zij zich voortplanten.

De kruipende soort is zelfbestuivend. Hij doet dit met de hulp van de regen en richt daarom juist in regenbuien de kopjes op. Hij maakt niet veel zaad aan. Toch is de kruipende boterbloem juist een echte plaag in je tuin, omdat hij zich voortplant door middel van uitlopers. Ze zijn sterk en kunnen in één seizoen een oppervlak tot 3 m2 opeisen.

De scherpe soort vermeerdert zich meer op de normale wijze. Hij laat zich bestuiven door bijen, hommels en vlinders, en is om die reden ook aantrekkelijker voor ze. In de regen zal de scherpe boterbloem zijn kopje laten hangen om te voorkomen dat het stuifmeel wegspoelt.

Boterbloemen in de tuin

Je kunt in het voorjaar de zaden in kleine groepen van drie tot tien in de volle grond zaaien. Ze houden van voedselrijke, niet-zure grond, maar zijn verder niet veeleisend en zullen je tuin opvrolijken en de bijen een plezier doen. Zorg er wel voor dat je niet de kruipende boterbloem uitkiest, want die zal je tuin overnemen.

Bestrijden en verwijderen

De boterbloem is een indicatie van zure grond met een slechte structuur. Dit kun je ook tegen ze gebruiken door de grond met bijvoorbeeld een spitvork los te woelen, en met kalk en meststoffen de grond minder zuur te maken.

Verwijderen van volwassen soorten is erg lastig; ze hebben lange, stevige wortels en als ze zich eenmaal goed geworteld hebben, kun je eigenlijk alleen nog succes boeken door de grond los te woelen. Jonge soorten kun je nog wel met gemak uittrekken. Zorg daarbij wel dat je handschoenen draagt, want het sap van de boterbloemen kan zelfs op een gave huid blaren trekken.